“De proeftuinen zijn een mooie inspiratiebron voor samen waardegedreven werken.”
Bezoek Minister Weerwind proeftuin Foodvalley en visie Arno op Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming
Donderdag 12 januari bezoeken minister Weerwind, staatssecretaris van Ooijen en Marcelle Hendrickx, wethouder en vertegenwoordiger namens de VNG, het Regionaal Veiligheidsteam FoodValley. Dit team is een van de tot nu toe zes landelijke proeftuinen waarin het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming in de praktijk wordt getoetst en doorontwikkeld. Het werkt met en voor alle gemeenten in de regio Foodvalley en is een slimme samenwerking tussen Jeugdbescherming Gelderland, de Raad voor de Kinderbescherming, Veilig Thuis, William Schrikker Jeugdbescherming & Jeugdreclassering en Samen Veilig Midden-Nederland.
Arno Lelieveld, bestuurder van Jeugdbescherming Gelderland, geeft zijn zienswijze op het Toekomstscenario. Waar gelooft hij in, waar hoopt hij op, en waarop juist niet:
Hoe kijk jij tegen het toekomstscenario aan?
Je kan zeggen dat dit het antwoord is van de minister op de vraag, de maatschappelijke druk, om een verandering in het stelsel van de jeugdbescherming. Maar het scenario dat er ligt is nog niet in beton gegoten, en daar ben ik blij om.
Waarom?
Omdat ik zie dat het heel goed is dat we nadenken over hoe we de jeugdbescherming, naast, of beter mét, de lokale teams, zorgaanbieders, ouders en eigen netwerken en al die andere partners, efficiënter en effectiever kunnen organiseren. Hoe kunnen we het meer samen doen, in plaats van na of naast elkaar. Aansluiten op de praktijk is belangrijker dan vanaf een bureau bedenken hoe het zou moeten. Als we te snel gaan en we tuigen nu een nieuwe organisatie op, ben ik bang dat we oude wijn in nieuwe zakken krijgen. Dan vervang je uiteindelijk alleen de organisatie, en daar gaat het niet om.
Waar gaat het dan wel om?
Om mindset. Het gaat er niet om voor welke organisatie je werkt, maar voor wie, en met wie je daartoe samenwerkt. Zo werken missiegedreven mensen. Zij kijken over de grenzen van hun eigen organisatie heen en met het besef dat alles wat je doet, gemeenschapsgeld kost. Het gevaar is dat je te veel met het huishoudboekje van je eigen organisatie bezig bent, in plaats van met het belang van de mensen waar je voor werkt, en van daaruit ook de noodzaak om samen te werken. Het gaat er om dat je je steeds afvraagt wat mensen er echt aan hebben. Jouw prestatie daarin is belangrijk, maar die van anderen ook. Waardegedreven werken dus, en elkaar daar ook op aanspreken. De teams die nu ontstaan in de proeftuinen zijn een mooie inspiratiebron voor die mindset.
Hoe hoop jij dat het verder zal gaan?
Ik hoop dat de nieuwe teams gaan fungeren als een laboratoriumsetting. En dus niet als een nieuwe organisatie, want dat geeft juist een risico op nieuwe eilanden. Ik denk dat als mensen in deze teams gaan samenwerken, en je echt gaat voelen dat het meer oplevert, er steeds meer mensen komen die werken met deze mindset. En daar gaat het vooral om. En dan vind ik het een goed idee daarná te kijken wat zij voor organisatievorm nodig hebben om dit zo goed mogelijk te kunnen doen. Dat zou mijn ideaal zijn.
Ik hoop ook dat we de verschillende expertises in deze teams, bijvoorbeeld die van de jeugdbescherming, kunnen behouden en blijven ontwikkelen. Want ik denk daar de kracht zit van deze teams: dat je elkaar vanuit de verschillende specialisaties aanvult en versterkt. Naast de samenwerking met andere professionals, in deze teams en daarbuiten, hoop ik dat we de samenwerking met informele netwerken rondom gezinnen versterken. Samenwerking op alle fronten dus, ieder vanuit zijn eigen rol en expertise. Dat is efficiënter, en geeft meer voldoening en werkplezier.
Hoe zie jij de huidige stakingsacties om verbeteringen in de jeugdbescherming, in relatie tot het toekomstscenario?
Het is een volkomen terechte en begrijpelijke roep om verbetering en eenieder is vrij mee te doen aan de FNV acties. Maar persoonlijk ben ik niet zo enthousiast over de toenemende druk en polarisatie. De politiek heeft lange tijd weggekeken en daar worden zij terecht op aangesproken. Maar, we hebben ook een eigen verantwoordelijkheid en uiteindelijk lossen we conflicten op aan de onderhandelingstafel. Crisismaatregelen worden nu opgepakt door het ministerie. Laten we daar positieve en constructieve druk op houden.
Een minister kan op termijn ook niet zo veel meer doen dan de regels veranderen. Bijvoorbeeld door een stelselherziening. Het gevaar is nu dat onder druk nieuwe regels en herzieningen te snel worden doorgevoerd. Dus zonder deze te baseren op wat er echt nodig is, op basis van opgedane ervaringen in de praktijk. Dan lijkt het straks op de korte termijn misschien beter, maar blijkt het dat op de lange termijn niet te zijn. En niet alleen dat. Zo’n te snelle doorvoering van veranderingen betekent ook dat de komende jaren veel mensen heel druk gaan zijn met de nieuwe structuren, met wie dan je leidinggevende wordt, hoe je functie eruit ziet, etc. In plaats van je hoe je de mensen waar je voor werkt zo goed mogelijk kunt bedienen.
Wat zou je onze collega’s toewensen, voor de korte en de wat langere termijn, binnen al deze veranderingen?
Een belangrijke eerste stap: Wees geduldig. Leer te verdragen van wat nog niet gaat zoals je dat zou willen. Bijvoorbeeld de samenwerking met partners. Neem zelf verantwoordelijkheid daarin voor eigen gedrag. Het gevolg daarvan is dat er meer ruimte komt om mensen en situaties beter te begrijpen. Net zoals we dat doen met de gezinnen die we begeleiden. Vanuit verdragen kom je dichter bij begrip en van daaruit bij beïnvloeden. We zijn vaak te hard voor elkaar en voor onszelf. Terwijl we allemaal hetzelfde willen. Maar er is veel onzekerheid, ook door angst voor het onbekende. Net zoals je dat ziet bij gezinnen als we daar zijn. Dan ontstaat er vaak een vorm van ‘vechten of vluchten’. Dat zie je nu eigenlijk ook in de sector gebeuren. Maar die regionale teams, maken het onbekende meer bekend. En het is goed dat die teams dat nu een beetje forceren. Want we zijn allemaal ontzettend druk en het is een menselijke reactie je dan terug te trekken op je eigen eilandje, op dat wat je kent. Maar door jezelf te isoleren bereik je niet wat je wilt. Die proeftuinen helpen daarin. Dan wordt het ‘bekend maakt bemind’.